
We waren van harte
uitgenodigd voor de begrafenis. Eerst bij het huis en dan in de kerk en daarna
naar het kerkhof. Dat leek ons allemaal wat veel en na overleg met Ariane en
Nehemie wat is gebruikelijk hier? kozen we voor het onderdeel kerk.
Om 11.00 uur zou
het beginnen, in de Anglicaanse kerk. Jan Willem en ik moesten even zoeken maar
toen vonden we de kerk. We bleken er al eens geweest te zijn voor een trouwerij. Toen hebben we een filmpje gemaakt van het zangkoor.
Toen was het
woord aan de familie en vrienden. Dat was bijzonder, want iedereen
wilde wat zeggen en deed dat tamelijk uitgebreid en uit zijn hoofd, zonder spiekbriefje. Het was allemaal in
Kinyarwanda, dus we hebben er niets van kunnen volgen. Toch waren we van begin
tot einde geboeid. Wat een familie!
Eerst kwamen de
drie nog levende kinderen aan het woord, waaronder Kevine’s moeder. Zij
vertelden het levensverhaal. Hoewel wij slechts hier en daar een woord verstonden,
was het prachtig.
Vervolgens waren
de kleinkinderen aan de beurt. Dat waren er heel veel. Ze gingen allemaal op
het altaar staan en keken ons aan. Een heel krachtig beeld. Wie hoort bij wie?
Wat zijn broers en zussen en wat zijn neven en nichten? Kevine, voerde de meute
aan en hield een gloedvol betoog over oma.
Toen kwamen de
achterkleinkinderen. Sommige nog echte dreumesen en hier een daar een
puberslungel. De jongens droegen allemaal een zwart T-shirt met het portret
van Oma erop geprint. Zou je dat vaker dragen dan een keer bij de begrafenis?
Daarna kwamen de
buren met een gekke oom die de boel wat ontregelde. Hij begon (nogal vals) te
zingen en luid Alleluja te roepen, waarop wij moesten antwoorden met Alleluja.
Hier en daar begonnen de kerkgangers wat te giebelen. Een handige kleinzoon
ontfutselde hem de microfoon, waarna de ceremonie weer verder ging. Kennelijk
was Oma ook lid van het zangkoor geweest, want de dames van het zangkoor deden ook
een getuigenis.
Thuis gekomen
zeiden we tegen Ariane en Nehemie dat we begrafenissen veel mooier vinden dan
huwelijken. Die zijn hier nogal saai. Je kunt je de blik voorstellen die ze ons
toewierpen: onbegrijpelijke witten.
Een bewogen leven
Afgelopen zondag
kwamen Kevine en Emmanuel onverwacht op bezoek en toen hebben we haar gevraagd
naar het leven van Oma. Toen besefte ik pas hoe snel Rwanda is
veranderd in de tijdspanne van één leven.
Volgens de officiële
bronnen zou Oma geboren zijn in 1919, hoewel Kevine denkt dat dat
waarschijnlijk eerder moet zijn geweest. Volgens haar was ze ouder dan
100. Ze werd geboren in een tamelijk
welvarende familie in de entourage van de koning. Nog voor ze de pubertijd
bereikte werd ze voor 10 koeien “gekocht” door de familie van haar aanstaande
man. Die 10 koeien waren na een paar
jaar weer nodig om bruiden voor Oma’s broers te kopen. Als die koeien intussen
gekalfd hadden, dan had je mazzel.

Ze kreeg elf
kinderen, waar van meer dan de helft overleden is voordat ze volwassen waren.“
Direct na de
onafhankelijkheid van de Belgen in 1959 vinden de eerste pogroms plaats onder
de Tutsi’s. Vooral vooraanstaande Tutsi families moeten het ontgelden. “Mijn Oma en haar familie zijn toen via
Burundi naar Tanzania gevlucht met hun kuddes. Koeien waren alles voor hen. Ze
dronken melk, er was olie van koeien, er was boter van koeien, er was huidzalf
van koeien, ze spaarden koeien, ze aten (hoogst zelden) koeien.
Ze wisten precies welke koe van wie was en de
koeien hadden allemaal namen. Dat is de koe van huwelijk van Marietje en dat de
koe van het huwelijk van Alice, enzovoort. In Tanzania waren ze armer en
verloren een deel van de kudde.“
Kevine: “Ik ben
in Tanzania geboren. Mijn ouders en mijn Oma hielden ons altijd voor dat wij
Rwandezen waren en ooit terug zouden gaan. Als kind begreep ik er niet zoveel
van. Wij waren anders dan de andere Tanzanianen en wij spraken Rwandees thuis
en Engels op school. Toch hoorde
ik daar ook. Maar er waren altijd verhalen over Rwanda. Soms ging er iemand naar Rwanda en dan kwamen er producten uit Rwanda. In Rwanda was er oranje zeep, die was er niet in Tanzania. Als wij dan oranje zeep hadden dat dachten wij: dat is speciaal, dat is hele goede zeep want die komt uit Rwanda.
ik daar ook. Maar er waren altijd verhalen over Rwanda. Soms ging er iemand naar Rwanda en dan kwamen er producten uit Rwanda. In Rwanda was er oranje zeep, die was er niet in Tanzania. Als wij dan oranje zeep hadden dat dachten wij: dat is speciaal, dat is hele goede zeep want die komt uit Rwanda.
Rwandese vluchtelingen
hielden ook allemaal contact met elkaar. Wij hadden contact met families die in
Burundi zaten, in Congo en Uganda. Mijn
ouders zamelden geld in voor de vluchtelingen en voor het verzet. En toen in de
loop van de 80er jaren de guerrilla van de RPF ( Rwanda Patriotic Front) op gang kwam, moest elke familie ook zoons afstaan
om opgeleid te worden in de kampen in Uganda als soldaat. Soms kwamen er
jongens van wie je niet eens wist wie het waren, maar die gaf je dan toch eten
en onderdak, want het was voor Rwanda. En thuis luisterden we ook altijd naar
Rwandese radio, hoewel die vol zat met haat zaaierij naar Tutsi’s. Maar mijn
ouders wilden weten wat daar gebeurde.
Mijn ouders zijn gescheiden in Tanzania en na de genocide in 1994 besloten mijn Oma en moeder gehoor te geven aan de oproep van Kagame aan vluchtelingen om terug te keren en te helpen met de wederopbouw. We gingen in 1995, ik was toen 18. Mijn moeder en mijn oma hadden toen 36 jaar in Tanzania gewoond. Ik zat nog op de middelbare school en wilde niet weg. Ik zal het nooit vergeten. Hoewel we geen papieren hadden, werden we zo toegelaten, we waren immers Rwandezen. Maar toen we eenmaal binnen waren, mochten we niet meer terug. Pas na een jaar kregen we toestemming om onze familie en bezittingen in Tanzania te bezoeken. Rwanda lag in puin en ze dachten natuurlijk dat als we zouden zien hoe erg het allemaal was, we onmiddellijk rechtsomkeer zouden maken, terug naar Tanzania. Het was ook niet gemakkelijk, maar na een jaar ben je toch weer gewend en er gebeurde ook heel veel, dus toen wilden we niet meer terug.
Tegenwoordig
hebben we geen bezittingen meer in Tanzania. Wat we hadden is verkocht of terug
gegeven aan de staat. Wij waren slechts vluchtelingen. Mijn Oma had ernstige
darm problemen en heeft sinds ze aankwam in Rwanda geen vast voedsel meer
gegeten. Ze leefde slechts op melk en thee. Dat blijkt dus heel gezond, want
daarop heeft ze het dus nog 22 jaar volgehouden en met plezier! Haar laatste jaren
was ze echt weer een dame van stand, ze kwam vaak bij ons, ze keek televisie en
wist van smartphones en internet. Ongelofelijk toch?”
Foto's: De zwart-wit foto's van deze blog heb ik erbij gezocht op het internet. Ze zijn uit de tijd dat de Oma van Kevine jong was. Misschien staat ze er wel op!
Foto's: De zwart-wit foto's van deze blog heb ik erbij gezocht op het internet. Ze zijn uit de tijd dat de Oma van Kevine jong was. Misschien staat ze er wel op!