woensdag 15 april 2020

Het leven in Rwanda ten tijde van Corona


Maak je geen zorgen, ik ga niets vertellen over statistiek, hoe het virus verspreid in Rwanda of andere nare verhalen. Dit verhaal gaat hoe we ons hier redden in lock-down.

Ten eerste, we hebben nog geen ruzie. Jan Willem en ik kunnen goed samenwerken. Aangezien wij toch al kantoor aan huis hadden en iets met internet doen, is er voor ons eigenlijk niet zoveel veranderd. We gaan ’s ochtends een half uurtje later.op. Na de twee rondjes Tai Chi en de vier
dagelijkse zonnegroeten hebben we nu de toiletrol challenge ingelast in ons programma. Die gaat zo: we hebben allebei een stapel toiletrollen aan het voeteneind van ons matje. Dan pak je een rol op met je voeten, en zet hem boven je hoofd weer neer. Dan de volgende, en als je ze allemaal verplaatst hebt, weer terug. Is een heerlijke rugmassage en buikspieroefening. Daarna eten we onze yoghurt met muesli en gaan in ons buitenkantoor achter de computer zitten. Best gezellig zo met z’n tweeën.

Onze staf werkt thuis. Dat is wel een heel gedoe, want zij hadden daar geen goed internet. Dus moesten we van alles improviseren met modems, simkaartjes en tegoeden om internet bundels van te kopen. Uiteindelijk hebben we gloednieuwe modems gekocht. Maar het blijft behelpen. Ook als ze vastlopen met de computer is het een niet altijd te begrijpen wat er aan de hand is.

Abel werkt met een muskietennet op de achtergrond, Hij woont bij een oom. Nehemie zit in een klein kamertje op een compound waar ze ‘s middags met 20 mensen gymnastiek doen. Gloria woont samen met een vriendinnetje in een tweepersoonsbed. Gloria komt uit Congo, en kan nu niet meer terug. Ze heeft een vriendin van de universiteit die uit Sudan komt, en ook niet terug kan. Samen verblijven ze nu in een mini-kamertje waar alleen een tweepersoonsbed in past. “Wil je klapstoelen lenen?” vroeg ik nog. “Die kan ik nergens zetten”, was haar antwoord. 
Gretta woont nog bij haar ouders, en haar vader is al geruime tijd ziek. Niet zo leuk.
Iedere ochtend doen we een Zoom-meeting voor het moreel. Wat blijkt, bij Zoom meetings in bed schommelt het beeld. Daar wordt de andere partij zeeziek van. Vermijd dus Zoom meetings vanuit bed, of stabiliseer je laptop. Gretta was jarig en toen hebben we geprobeerd samen happy birthday voor haar te zingen. Vanwege de vertraging in de Zoom is dat een hele kunst!

We zien aankomen dat face-to-face trainingen er voorlopig niet meer van gaan komen, dus we zetten nu in op e-learning gecombineerd met Webinars. Maar dat moeten we dan eerst goed oefenen. Best moeilijk om een Webinar te doen wat informatief is, participatief en technisch goed genoeg werkt.
Mijn laptop camera was er al een tijdje geleden mee opgehouden. In deze tijden kan dat niet. Toen de “student aan huis” ingeschakeld, Koen, mijn neefje in Valkenswaard, die hielp op afstand. Jan Willem heeft een paar avonden besteed aan het her-installeren van Windows. Hielp niets. Toen heb ik me kwaad gemaakt, op internet gekeken, en er bleek een winkel te zijn die ik op kon bellen en die thuis levert. Hoe het kan dat het bedrijf toestemming heeft gekregen weet ik niet, webcams kan je immers niet eten, maar hij kwam aan met bezorg motortje. De webcam werkt prima en nu kan ons personeel mij zien bij de Zoom.

We puzzelen verder aan onze Life Skills academy. Daar hebben we nu mooi de tijd voor. Tijdens het werk correspondeer regelmatig met de helpdesk van de software die we gebruiken. Ik raakte in gesprek met Alina, een van de helpdesk medewerkers. Ze zit op een flatje met een balkon in Oekraine. Ze schreef me dat in Oekraine mensen elkaar hun hond uitlenen om naar buiten te kunnen. Ha, wij hebben een hond. Daar smokkelen we ook mee, we gaan af en toe een rondje in het park lopen met de hond. Of hij gaat rennen bij de hond van Marieke en Michiel. “I love dogs! What type of dog do you have?” vroeg ze, en toen wilde ik haar een foto van de hond opsturen. Maar op een foto ziet onze hond er zo suf uit. Een filmpje is beter, want hij heeft van die vrolijke wapperoren. Zo heb ik een film van de hond gemaakt. Dat blijkt vreselijk moeilijk, niet voor niets hebben ze voor films honden die precies doen wat je zegt.

Verder ben ik een pannenlappen project begonnen. Ik maak ze op bestelling. Ik deed eerst alleen platte modelletjes, maar ik heb nu ook aanvragen gekregen voor insteek modellen. Terwijl ik ze maak denk ik aan de persoon voor wie ik ze maak.

Toch nog even over Rwanda. Vandaag, 15 April, hebben we 134 positief geteste Corona patiënten, waarvan er 49 weer genezen zijn. Er is nog niemand dood en niemand op de IC. Het merendeel van de patienten is aan komen vliegen uit het buitenland.
Na de begrafenis van mijn moeder was het heel spannend of we Rwanda weer in zouden komen. Jan Willem ging een paar dagen eerder dan ik terug. Ik heb me echt zorgen gemaakt. Maar hij kwam erdoor. 
Twee dagen later ben ik in een bijna leeg vliegtuig ook in Rwanda aangekomen. Er stond een hele mondkapjes brigade. Die stelden vragen en noteerden mijn telefoonnummer op een tablet, heel professioneel. Er waren geruchten dat iedereen verplicht in quarantaine zou moeten in een kamp, maar dat bleek gelukkig niet waar.
In de week daarna kwamen Marieke en Michiel aan vanuit Kampala, Uganda. Zij wonen vlak bij ons, in ons oude huis. Zij kregen na twee dagen een telefoontje dat in hun vliegtuig mensen met Corona gezeten hebben.  De lockdown was al ingegaan en iedereen zat verplicht thuis. Eerst kregen ze dagelijks een telefoontje om te vragen hoe het met ze ging. Daarna was er plotseling de boodschap dat ze over een uur opgehaald zouden worden en naar een test-centrum zouden moeten. Daar zouden ze dan een paar dagen moeten wachten op de uitslag. Snel is Jan Willem de sleutels van hun huis gaan halen zodat we hun beesten eten zouden kunnen geven. Maar er kwam niemand. Na nog een paar dagen kregen ze bezoek van gemondkapte en gehandschoende politie agenten die kwamen controleren of ze wel goed in thuis-quarantaine waren. Dat was gelukkig zo en ze mochten thuisblijven.
Nu gaan wij, of vaker nog Janvier, boodschappen doen voor Marieke en Michiel. Jan Willem heeft voor Janvier een mooie brief gemaakt om langs de politie controles te komen met veel stempels erop dat hij onmisbaar is voor onze huishouding. Tot nu toe werkt dat en komt hij drie dagen per week. Uiteraard wassen we onze handen met bendes schuimend zeep en houden angstvallig anderhalve meter afstand van elkaar.
Wij hebben het niet slecht. Zolang er dingen te koop blijven kunnen we het nog wel even uitzingen. Ik heb extra boerenkool gezaaid, dat doet het hier uitstekend. Wij zitten hier vast, maar iedereen zit vast. Ik weet niet precies of dat een troost is of niet.

Het probleem is iedereen die als dagloner werkt, zo ongeveer 80% van de Rwandese bevolking, plotseling werkloos en inkomensloos is. De regering deelt voedsel uit, en wij dragen ons steentje bij via ons dorpshoofd. Maar de vraag is hoe dit allemaal verder gaat. Want de anderhalve meter samenleving zoals dat in Nederland vorm moet krijgen, zal niet zo eenvoudig zijn in Rwanda. Veel mensen hebben niet de luxe om afstand te kunnen nemen.

Nou eindig ik toch met een sombere noot. Maar zo is het nu eenmaal.

Groet, Gerry