zaterdag 14 augustus 2021

Digitale geletterdheid

 

Wij hebben weer een opdracht waar we van alles van leren. Digital literacy. Waanzinnig onderwerp. 

Heb jij het idee dat je digitaal geletterd bent? Ik dacht zelf altijd van wel. Immers, ik zit de hele dag achter de computer en verdien er mijn brood mee. Maar laatst dacht ik toch echt even van niet. Het ging zo:

Ik had een woeker polis. Die heb ik in 1997 opgelopen bij een werkgever die folders toestopte met de tekst "Gratis eerder met pensioen." Ik heb er 5.000 gulden ingestopt. Het zou belasting voordelen hebben maar mijn geld werd opgegeten door Delta Loyd. Ik heb me er bovenmatig over opgewonden en eindeloos correspondentie over gevoerd. Nu wordt ik dit jaar 60. Ik kreeg derhalve e-mailtjes dat hij zou gaan uitbetalen. Maar, ik zou er alsnog 70% belasting over moeten betalen, tenzij ik hem om zou zetten naar een lijfrente product bij een andere verzekeraar tot mijn persioengerechtigde leeftijd. Inmiddels was de polis van de ASR. Ik heb een nieuwe verzekeraar gezocht. Dit klinkt nog simpel. 

Maar ASR heeft zo’n super beveiligde site. Dus je kunt niet gewoon inloggen om iets te doen, nee, je krijgt een controle sms. Maar natuurlijk niet op een Rwandees telefoon nummer. Dus twee simkaarten in de telefoon en dan omschakelen naar het Nederlandse nummer om de code op tijd binnen te krijgen en dan inloggen op de ASR site. Waar staat het polis nummer? Per ongeluk uit gelogd. Opnieuw. Opnieuw de sms code. Of was dat de vorige? Lukt niet. Grrrrrr. Opbellen naar Nederland. WhattsApp bellen kan niet naar een vast nummer. Skype heeft mijn beltegoed opgegeten. Met JW zijn telefoon, want die heeft nog Skype krediet.

“Is dit nummer waarmee u belt, het telefoonnummer voor de sms-jes?”

“Nee!!!!!!”

“Ik zet een overdracht formulier voor u klaar op de site”, zegt de vriendelijk meneer.

“Nee, niet die site!” roep ik nog. Te laat. Grrrrrrrrrrr.

Er staat geen formulier klaar op die site. Nergens niet. Het klant contact centrum. Maar dan moet je je polis nummer weten. Grrrrrrrrrrrrrrrr. Zwetend en vloekend zit ik achter de computer. Hoe het verder ging, hebben jullie vast ook wel eens meegemaakt.

Zijn die systemen klantonvriendelijk? Of ben ik een oen?

Digital literate in Rwanda

Goed, dan nu naar digitale geletterdheid in Rwanda. Ook in Rwanda gaat het hard. Vroeger had je
overal gezellige kantoortjes met een mevrouw en een boekje met een carbon papiertje. Je betaalde je waterrekening met echt geld, kreeg een bonnetje en het was klaar. Vroeger? Dat was toen we hier aankwamen zes jaar geleden. Al die bonnetjes schrijvers zijn afgeschaft. Rwanda wordt in razend tempo digitaal. Je betaalt je waterrekening met mobile money, doet je visum aanvraag online, opent met je Nokia een pensioenspaarrekening en nog zo wat. De systemen zijn niet per se beter of slechter dan in Nederland. Soms gaat het verbazend soepel en soms spring je uit je vel.

Maar, er is een groot verschil. In Rwanda heeft slechts 17% van de bevolking toegang tot het internet. Ik meen me te herinneren dat 47 % van de bevolking, ondanks het doorlopen van de lagere school, eigenlijk niet goed kan lezen en schrijven. Dus het is natuurlijk wel een dingetje om alle bonnetjes schrijvers af te schaffen. Er is een heel groot percentage van de bevolking die niet mee kan in het digitale. Dat heeft de Rwandese overheid ook door en daarom hebben ze Digital Ambassadors ingesteld. Die zullen de bevolking leren digitaal te zijn.

Het doet me denken aan mijn Ome Kees die als vrijwilliger ouderen les gaf over het omgaan met de OV-chipkaart. 

Onze opdracht

Wij moeten lesmateriaal maken voor de Digitale Ambassadeurs. Geweldig. We krijgen een inkijkje in hoe het volk digitaal gaat worden.

Let op, we hebben de opdracht vanuit een Europees land. Dat land heeft zich ten doel gesteld om een giga e-learning platform in elkaar te zetten, waar allerlei Afrikaanse landen hun digitale lesmateriaal op zouden moeten gaan stallen.

Die digitale ambassadeurs blijken werkeloze jongeren te zijn, die een vrijwilligers vergoeding krijgen. Er is een heel selectie proces, want er zijn ambitieuze werkelozen genoeg in Rwanda. “We doen het zo om te voorkomen die al die werkelozen opstandig worden.” vertrouwde iemand van de overheid me toe. 

Les observatie is de volgende stap.

Ik ben te gast bij Jean Claude aan de rand van Kigali. Nou ja, aan de rand? Hemelsbreed op twee kilometer van de boom waaronder deze mensen les hebben, ligt de modernste bioscoop van Kigali en de nieuwe escape room. De mensen op de foto zijn lid van een spaargroep. Na de spaargroep vergadering krijgt Jean Claude het woord en vertelt hij ze over de verschillende overheidsdiensten die via je telefoon te bereiken zijn. 


Ik vraag ze te poseren met hun apparaat. Van de 45 aanwezigen hebben er drie een smartphone. Er blijken er ook twee te zijn met een e-mail adres. “Oh, ja wat dan?” vraag ik. Dat leidt tot veel gezoek en gedoe, maar uiteindelijk blijkt iemand zijn gmail adres ergens opgeslagen te hebben in zijn feature phone. "Wanneer voor het laatst op de email gekeken?" Die vraag leidt tot vage glimlachjes.

Kortom, er is zeker sprake van een digital kloof. Het is echt goed van de Rwandese regering dat ze daar wat aan proberen te doen. Wij doen mee.

Ik schrijf een prachtig rapport met mijn bevindingen. Ik stel de opdrachtgever voor dat we het vervolg zo aanpakken: iedereen die op les komt moet zijn apparaat meenemen, en dat gaan we gebruiken. We geven de Digitale Ambassadeurs wat didactische handreikingen, en we maken posters met een vraag en antwoord systeem. De digitale ambassadeurs nemen dan op een gestructureerde manier allerlei digitale diensten door, gevolg door oefeningen met het apparaat om het ook praktisch te maken. Daarna doen we nog een rondje discussie over de voor en nadelen en waar de digitale wereld heen gaat.

Strak plan.

Ai ai, buiten het hoofdkantoor gerekend. “Posters? Met tekeningen? Hoe kom je erbij? Onze steun is digitaal.” Na vreselijke spraakverwarring blijkt dat  zij zich het als volgt voorgesteld hebben: de digitale ambassadeurs krijgen een box. Ze krijgen een Raspberry Pi computer die werkt als een lokale server. In hun rugzak zitten ook een stapel tablets die ze uit kunnen delen aan de leerlingen. Die maken dan verbinding met de server, waarna ze online toegang hebben tot het cursus materiaal. 

“Onder de boom? Met tablets?” probeer ik. “Is dat niet wat omslachtig? Die digitale ambassadeurs moeten soms twee uur lopen voordat ze bij hun cursisten zijn. Dan moeten ze sjouwen met al die spullen. En die dames van de spaargroep hebben nog nooit een tablet in hun handen gehad.”

Nee, de jonge dame van het hoofdkantoor die nog nooit in Rwanda is geweest, weet het zeker. Hun steun is digitaal en ze hebben geen geld om posters te laten drukken. Dat valt niet binnen hun mandaat. Het is ook trouwens niet de bedoeling dat wij het volk leren om al die diensten te gebruiken, het gaat meer om digitale geletterdheid in het algemeen. Zo van cybersecurity en digitaal pesten enzo.

Ik was verbijsterd. En ik was niet de enige. Nadine, onze jongste aanwinst stond na de Zoom vergadering te stampvoeten. “Dit gaat niet werken, dit gaan niet werken, dit gaat niet werken” riep ze alsmaar.

Dus nu hebben we plan B bedacht dat we stiekem gaan uitvoeren terwijl het hoofdkantoor denkt dat we plan A uitvoeren.

 

 

 

 

 

 

 

 

Digital literate zullen we worden!

Ome Kees zou het met goedkeuring bezien.


De non-digitale opbrengst van de zondagmiddag vergadering van de spaargroep.



woensdag 3 februari 2021

Tweede lockdown, op zoek naar schoonheid op de vierkante centimeter

Op een afstandje volgen wij de berichten over Nederland, de tweede lockdown waarin jullie zitten. Wij waren min of meer “vrij”. Een avondklok, om 20.00 uur, maar dat was alles.

Op 19 Januari 2021 was het ook hier weer raak. Complete lockdown. De motortjes mogen niet meer rijden, ons personeel moet weer thuiswerken en je mag alleen naar buiten om boodschappen te doen. Sporten mag wel, wonderlijk genoeg van 5.00 tot 9.00, alleen in je eigen buurt. Avondklok naar 18.00.

Ach, we zijn het inmiddels gewend en de spullen zijn in huis. Jan Willem deed het rondje om ons personeel internet modems en hun computers te brengen. We hebben het kantoor weer ingericht zodat wij zeeën van ruimte hebben en vrij gemakkelijk schoven we weer in het regime. Een half uurtje later op, af en toe wat in de tuin werken en in een rustig tempo achter de computer.

Terry was op bezoek toen de lockdown weer over ons heen kwam. Zij is een goede vriendin met een bedrijf dat speelgoed maakt in Rwanda. Zij komt af ten toe kijken hoe het met haar bedrijf gaat en logeert dan bij ons. Zij is ook kleuterjuf en kunstenares en weet van alles van vormgeving. Ze heeft ons drie vrijdagmiddagen les gegeven. Als e-learning specialisten moet wat we maken, er wel een beetje uitzien. En dat is toch zo interessant. 


Ik ben zo dyslectisch als wat. Zonder de spellingscheck zou ik onleesbare tekst produceren. Maar als er een spatie teveel in een zin staat zie ik dat. Want ik ben inmiddels zeer geoefend in het “verbeteren” van het werk van onze medewerkers. Ontbrekende punten, fout afgesneden foto’s, gebrek aan hoofdletters, verschillende lettertypes door slordig kopiëren van het internet, als een dragonder zit ik ze op hun nek. “Zie je dat dan niet?” “Huh…..” Nee dus. Ze zien het niet.


 

Nu ging het ook nog rond dat ze InDesign wilde leren, een complex programma voor grafische vormgeving. Het is echt een kunst om dat onder de knie te krijgen. En dat onder de knie krijgen heeft alleen nut als je ook een idee hebt over iets moois maken. Vormgeving dus, kijken en oordelen.

Terry haar eerste opdracht was: ontwerp een vlag. Daar had ze een geweldig filmpje bij. Over stadsvlaggen. Wisten jullie dat Amsterdam een van de beste heeft? Best moeilijk, een vlag ontwerpen. Als huiswerk moesten we tijdschriften beoordelen. Hoe zitten ze in elkaar en wat is mooi?

Ik heb helemaal uitgeplozen hoe de Groene Amsterdammer in elkaar zit. Ik lees hem al 42 jaar, en heb nu pas ontdekt dat het kunst katern de steunkleur blauw heeft en de rest is rood. En dat ze op een bladzijde aan het begin van een paragraaf een paar woorden vet maken, zodat je houvast hebt bij het lezen. Zoals ik ook gedaan heb in dit stuk. Viel het jullie op? Ik heb een exemplaar van het tijdschrift Vogels, van de Vogelbescherming. Dat is het mooiste blad ooit. Prachtige foto’s van vogels en zo mooi vormgegeven. 

De volgende vrijdag ging het over lettertypes, kleur en moesten we patronen maken in een kleurplaat. Erg leuk om te doen. De laatste vrijdag, de lockdown was inmiddels ingegaan, was de les online. Wat een stress. We hadden een uur om foto’s te maken, vanuit worm-perspectief en vanuit vogelperspectief, de fotos te bewerken en aan elkaar op te sturen. Nou geven we vaak les over foto’s dus alle bloemen in de tuin, de hond en de kat worden regelmatig gefotografeerd. Aangezien het inmiddels werk op de vierkante meter werd, moest de hond het weer ontgelden. Jan Willen ging helemaal op de vierkante millimeter, onze trouwring.

Nadat de foto’s beoordeeld waren was de huiswerk opdracht om er een artikel mee te maken. Zie het resultaat waar ik apetrots op ben. Gewoon in WORD. Niks InDesign. 

Eerlijkheid gebied mij te zeggen dat ik voor de eerste bladzijde een pagina van Vogels min of meer nagemaakt heb. Ontworpen door Janneke Smale van saiid/smale

Volgens Terry geeft het niets, namaken. Dat is zelfs heel goed. Het helpt heel veel om na te maken, want het leert je heel veel over alle kleine details die je precies goed moet hebben. Schoonheid op de vierkante centimeter.


Nu weet ik wat ik moet doen met alle medewerkers die zo graag weer een nieuwe software willen leren. Ik laat ze eerst verschillende bladzijdes namaken. Uit Vogels, en uit de Groene Amsterdammer, met dummy tekst. En uit Ni Nyampinga, want er moet ook iets Rwandees inzitten, voor het culturele evenwicht. 

Mogelijk zou Terry over Ni Nyampinga zeggen dat de tekst te weinig witruimte heeft. Maar dat zien onze Rwandese medewerkers vast niet.

Dit stukje zelf ziet er suf uit. Het is mij nog nooit gelukt om in het Blogger programma iets moois te maken. Nu zie ik dat Google dit oeroude programma toch een beetje afgestoft heeft. Dus een volgende keer zou ik dat ook eens kunnen proberen.

 

Groet, Gerry

En hou vol allemaal.